Tsjetsjenië opent een heksenjacht op homo’s en sluit hen op in concentratiekampen. Twee mannen lopen hand in Nederland hand over straat en krijgen daarvoor rake klappen. Opschudding en censuur omdat er een homoseksueel personage zit in de remake van Beauty and the Beast. Commotie als K3 een nummer zingt over prinsessen die op prinsessen vallen. Ik kan het niet bevatten dat mensen nog steeds aanstoot nemen aan iemands seksuele geaardheid. Meer zelfs, ik krijg er het schijt van, al moet ik door die omstreden Amerikaanse toiletwet twee keer nadenken in welk hokje ik hoegenaamd mijn gevoeg mag/moet doen.
De titel van dit stuk is een zin die ik uit een vorig schrijfsel schrapte, omdat mijn seksuele geaardheid in dat stuk geen toegevoegde waarde had. Het was niet relevant. Net zoals mijn seksuele geaardheid in een groot deel van mijn leven er niet toe doet. Als ik ’s morgens opsta en douch, als ik de krant lees op de trein, als ik de parking van mijn werkgever oploop, als ik na het werk een koffie ga drinken met vrienden, dan doe ik dat als Stijn. Niet als Stijn ‘de homo’.
Ik leef samen met mijn vriend. Als wij ’s avonds aan tafel zitten, dan gaat het er bij ons niet anders aan toe dan aan de tafel van een doorsnee gezin. We doen het relaas van de dag tegen elkaar, overlopen het boodschappenlijstje of strijden wie die dag het vuilnis nog drie verdiepen naar beneden moet dragen. Een stelletje burgerlijke nichten, dat zijn we.
In de slaapkamer doen wij al eens dingen die niet voor kinderogen geschikt zijn, maar dat doen de meeste koppels wel. En als Jan en Mieke dat mogen, waarom mogen Bert en Stijn dat niet?
Ik kan begrijpen dat niet iedereen zich dat tafereel voor de geest wil halen. Ik kan er best inkomen dat je daar je neus voor ophaalt en er koude rillingen van krijgt. Geloof me, van de meeste mensen wil ik zelf ook liever niet weten hoe ze aan hun trekken komen.
“We spenderen gemiddeld 0,60% van onze tijd aan seks. Hoe belachelijk voor woorden is het om iemand daarvoor te haten?”
Volgens Sexpert heeft een koppel gemiddeld 1,2 keer per week seks. Als er penetratie aan te pas komt dan duurt dat ongeveer 5,4 minuten. Stel nu nog dat je met voorspel en liefkozingen achteraf aan een weekgemiddelde van 60 minuten komt. Als je weet dat er 168 uren in een week zijn, dan spenderen we amper gemiddeld 0,60% van onze tijd aan seks. Hoe belachelijk voor woorden is het dan niet om iemand daarvoor te haten?
Het blijft natuurlijk niet bij seks alleen. Af en toe raken we elkaar eens aan of geven we een kus. Meestal is dat binnenkamers, af en toe in het openbaar. Als we over straat wandelen, dan raken onze handen elkaar soms even, maar meestal lopen we als vrienden naast elkaar. Voor de volledigheid: Ik heb er zelf geen probleem mee als koppels elkaar in het openbaar kussen of aanraken, tenminste zolang ze zich niet op Temptation Island wanen. Van nature uit ben ik eerder gereserveerd en dat speelt zeker een rol, maar ik kan me niet van de indruk ontdoen dat mijn vriend en ik vooral niemand willen schofferen in de openbare ruimte. En dat zou niet nodig hoeven te zijn.
“Er zijn zo veel verschillende facetten aan iemands persoonlijkheid, laten we ons dus niet blind staren op dat ene.”
Bij Yasmien is het haar hoofddoek, bij Dalilla is het haar huidskleur, bij mij is het mijn seksuele geaardheid … Terwijl ik zoveel meer ben dan Stijn de homo. Ik ben Stijn de eeuwige twijfelaar, Stijn met een Playmobilobsessie, Stijn de onhandige… Wat ik hier vertel is natuurlijk mijn persoonlijk aanvoelen.
Er zijn zo veel verschillende facetten aan iemands persoonlijkheid, laten we ons dus niet blind staren op dat ene. Je hoeft niet iedereen volledig te begrijpen, je bent niet verplicht om met alleman te praten. Maar je moet wel naast elkaar kunnen leven, we moeten elkaar in onze waarde laten.
Er gaat geen week meer voorbij of er verschijnt wel een onrustwekkend nieuwsbericht over afgeranselde geliefden of opgejaagde LGBTQI’ers. Daarnaast lees ik ook steeds vaker trivialere artikels over gecensureerde films en verbannen kinderliedjes omdat ze homoseksualiteit zouden prediken. Ik maak me er steeds vaker zorgen over. “Ik houd van piemels, al maakt dat voor mij geen fluit uit en ik hoop voor jou ook niet.” Vandaag kan ik deze uitspraak onbevreesd doen, morgen ook nog?